Hoe cultuur medewerkers vitaal maakt
07 maart 2023 door Mark Mierashun stress te verlagen.
Breed onderzoek toont een statistisch verband tussen het bezoek van theater, concert en museum en vitaliteit, optimisme en gezondheid. De effecten van cultuurbezoek blijven bestaan na correctie van sociale en economische verschillen tussen groepen mensen. Er zijn minstens vier kenmerken van cultuurbezoek die het positieve effect op de vitaliteit kunnen verklaren.
Onderzoek in bedrijven met een cultuurprogramma voor medewerkers laat een dubbel effect zien: medewerkers zijn beter opgewassen tegen stress als ze aan het programma deelnemen. Daarnaast profiteert de hele afdeling wanneer ook de manager aan het programma deelneemt. Managers die cultuur bezoeken ontwikkelen een andere managementstijl. In het algemeen geldt: hoe meer cultuurbezoek hoe groter het effect, maar ook bij een betrekkelijk lage frequentie van een paar cultuurbezoeken per jaar is er al een verbetering van de vitaliteit te meten. Belangrijk is wel dat er een goede klik met het bezochte cultuuraanbod bestaat.
Kenmerken
1. Een schouwburg, concertzaal, bioscoop en museum bieden een neutrale omgeving, even weg van alle ‘haakjes’ waaraan de aandacht blijft hangen.
2. Cultuur nodigt uit tot sociale ontmoeting. Onder andere de stof oxytocine helpt daarbij stressvolle ervaringen verwerken.
3. Het speelse karakter van cultuur stimuleert de productie van een stof die hersencellen activeert en stress en angst verdrijft.
4. Cultuur roept fascinatie op en stimuleert daarmee de ‘gerichte aandacht’ en brengt de ‘onvrijwillige aandacht’ tot rust.
Belastende werkomgeving
Draagt cultuurbezoek bij aan de vitaliteit van medewerkers en dus aan de productiviteit en slagvaardigheid van organisaties? CultuurWerkt! vroeg wetenschapsjournalist Mark Mieras om de onderzoeken op een rijtje te zetten.
De werkomgeving is belastend voor de menselijke geest: tijdens het weekend zijn medewerkers vitaler dan door de week. Dit effect is robuust en is onafhankelijk van inkomen, functie, lengte van de werkweek, de genoten opleiding, de economische sector waar men werkt, leeftijd, sekse en privé-situatie.
Statistische analyses laten zien dat het ‘weekendeffect’ berust op twee factoren: je verbonden voelen met de mensen om je heen en zelf kunnen bepalen wat je doet. Omgekeerd geldt gebrek aan collegialiteit en gebrek aan autonomie als belangrijkste oorzaken voor werkstress. Het gaat hier om twee elementaire menselijke behoeften die op de werkvloer vaak lastig te realiseren zijn. Organiseren, reorganiseren en carrière maken, dat gaat nu eenmaal gepaard met sociale wrijving. Procedures, taken en doelstellingen beperken de autonomie. Er valt nauwelijks aan te ontkomen. De chronische stress kan op den duur de gezondheid en veerkracht van medewerkers aantasten, het verhoogt de kans op overgewicht en verslavingsgedrag.
Medewerkers afschermen voor werkstress is dus lastig, je kunt ze wel helpen om met de werkstress om te gaan. Onderzoekers richten zich vaak op het begrip ‘vitaliteit’. Sport en fitness zijn inmiddels ingeburgerd als middel om de vitaliteit van medewerkers te verhogen. De positieve invloed van fysieke beweging op lichaam, cognitie en emotie is goed gedocumenteerd. Met name de afbraak van stresshormoon cortisol en de stimulering van het serotonine-systeem, maken sporters optimistischer en minder kwetsbaar voor stress.
In een studie van het Trimbos-instituut wordt sport zelfs aangemerkt als, in veel gevallen, een goed alternatief voor het slikken van antidepressiva.
Vitaliteit is het vermogen van mensen om zich fysiek, mentaal en sociaal flexibel aan te passen aan veranderende omstandigheden
Lang niet iedereen voelt zich geroepen om de sportschool of de sportclub te bezoeken. Of je van sport houdt of niet is mede een aangeboren eigenschap. Ook voor oudere medewerkers, een voor stress kwetsbare groep, is intensief sporten lang niet altijd een oplossing.
Cultuur maakt vitaal: de cijfers
Gelukkig zijn er ook andere manieren om de vitaliteit te verhogen. Breed onderzoek toont een statistisch positief verband tussen het bezoek van theater, concert en museum en de eigenschappen vitaliteit, optimisme en gezondheid.
In een analyse van de vragenlijsten ingevuld door ruim 50.000 Noren bleek podiumkunst een positieve uitwerking te hebben op angst en depressie en de algehele gezondheid.
Opmerkelijk genoeg is deze positieve uitwerking op depressie zelfs sterker dan bij sportactiviteit. Onderzoekers in de Verenigde Staten, Engeland en Schotland vinden overeenkomstige resultaten.
In het Engelse onderzoek werd berekend dat theaterbezoek gemiddeld even veel aan de levenstevredenheid bijdraagt als een netto loonsverhoging van 1250 euro per jaar.
Een analyse van Zweedse onderzoeksgegevens maakt tevens aannemelijk dat dit cultuureffect daadwerkelijk gekoppeld is aan het cultuurbezoek, en niet ontstaat doordat mensen die graag naar schouwburg en concertzaal gaan vitaler van aard zijn.
Mensen die de ene meetperiode aanzienlijk meer cultuur bezochten dan tijdens de andere waren gemiddeld ook vitaler in die periode. Het effect van cultuur is dus ‘tijdelijk’ schrijven de onderzoekers.
De correlatie tussen gezondheid, tevredenheid en angst en depressie en culturele, religieuze en sportieve activiteiten in de vrije tijd. Het onderzoek toont een sterke negatieve correlatie tussen podiumkunst en museumbezoek met depressie. Onder actieve sportbeoefening valt ook fitness.
De tevredenheid van Britten over hun leven afhankelijk van hun culturele of sportieve activiteiten uitgedrukt in het extra nette inkomen dat gemiddeld hetzelfde tevredenheid oplevert. Teamsport scoort hoger dan alleen sporten.
Cultuurkenmerken
Belangrijker nog dan de statistiek is de vraag hoe de relatie tussen cultuur en vitaliteit werkt. Hoe ontstaan de verhoogde gezondheid, de verminderde angst en depressie? En wat zijn dus de voorwaarden om cultuur optimaal te benutten? Er zijn minstens vier kenmerken die aan het effect van cultuur kunnen bijdragen.
Neutrale omgeving
Het eerste kenmerk is dat mensen voor cultuur vaak naar een neutrale omgeving gaan. Ze zijn niet thuis of op het werk maar in een schouwburg, concertzaal of museum. Dat is relevant want onze hersenen zijn zeer omgevingsgevoelig. De locaties waar we ons het meest bevinden hebben ook de meeste ‘haakjes’ waaraan aandacht en emotie kunnen blijven hangen.
Daarom snoepen we thuis en op kantoor het meest en verliezen we ons daar het gemakkelijkst in onaandachtig en slecht gecontroleerd gedrag als het steeds weer checken van e-mail, internetten en zappen. Verleiding en verslaving, angst en stress zijn contextafhankelijk. Een neutrale omgeving schept rust en geeft ontspanning.
Sociale activiteit
Het tweede kenmerk van cultuurbezoek dat aan de vitaliteit kan bijdragen is dat het in veel gevallen een sociale activiteit is. Cultuur geniet je meestal met partner of vrienden, in een omgeving die uitnodigt tot ontmoeting. Van andere sociale contexten als yogaclub en kerkbezoek is vastgesteld dat de regelmaat van positief sociaal contact de belangrijkste factor is die het geluksniveau van mensen beïnvloedt. En dat is niet gek: sociale cohesie is een basisvoorwaarde om je veilig te voelen.
Praten over levenservaringen draagt bij aan de verwerking van stressvolle ervaringen.
Wie van drama, blijspel, cabaret of dans houdt, heeft dáár ook het meest baat bij
Daarin lijkt de stof oxytocine een sleutelrol te vervullen.16 Deze stof, die de hersenen opwekken in sociale situaties, maakt minder stressgevoelig en helpt negatieve herinneringen te verwerken. Toch is cultuur meer dan een aanleiding om het huis te verlaten en sociaal te zijn. De mate waarin een cultuurbezoek de vitaliteit van mensen verbetert, hangt af van hun klik met het geboden culturele aanbod, zo blijkt. Wie van drama, blijspel, cabaret of dans houdt, heeft dáár ook het meest baat bij.
Speelse karakter
Het speelse karakter van cultuur is een derde kenmerk dat aan vitaliteit kan bijdragen. Of het nu gaat om muziek, cabaret of dans, kunst speelt met de verwachtingspatronen in de hersenen.
Dit activeert onder andere de nucleus accumbens, de belangrijkste producent van de stof dopamine. Speelsheid stimuleert de productie van BNDF (brain-derived neurotrophic factor), een stof die de hersencellen activeert en stress en angst verdrijft.
Fascinatie
Een vierde en belangrijk kenmerk van cultuur dat aan vitaliteit bijdraagt, is de fascinatie die het oproept. Die fascinatie doet iets interessants met ons aandachtssysteem. Er zijn twee aandachtssystemen die elkaar beconcurreren: de ‘onvrijwillige aandacht’ en de ‘gerichte aandacht’. De eerste laat zich sturen door de prikkels van buiten, door geluiden, kleuren en bewegingen. Overbelasting van de onvrijwillige aandacht wordt in verband gebracht met uiteenlopende maatschappelijke ziekten als ADHD, burn-out, oververmoeidheid, verslaving en overgewicht.
Wat ons kwetsbaar maakt, is dat het onmogelijk is om de aandacht uit te schakelen en nergens aan te denken. We kunnen de onvrijwillige aandacht alleen tot rust brengen door die door de gerichte aandacht (of executieve aandacht) te laten verdringen.
De ene vorm van aandacht brengt de andere tot rust. Om te kunnen herstellen van onze stressvolle leef- en werkomgeving hebben onze hersenen dus een soort ‘vluchthaven’ nodig: een samen- hangende ervaring waarin de aandacht gefocust blijft. Zo krijgen de hersenen gelegenheid om op adem te komen.
Om te kunnen herstellen van onze stressvolle leef- en werkomgeving hebben onze hersenen een ‘vluchthaven’ nodig
Onderzoekers hebben in uiteenlopende omgevingen als museum, klooster en park onderzocht aan welke eigenschappen een ervaring moet voldoen om de gerichte aandacht op te wekken en langere tijd vast te houden. Naast een neutrale omgeving en sociale ontmoeting (of spiritualiteit), moet die ervaring voldoende diepte of uitgestrektheid bieden om langere tijd te blijven fascineren. Museumbezoek en podiumkunsten combineren al deze eigenschappen.
Effecten op leidinggevenden en medewerkers
Cultuur is dus een interessant instrument om medewerkers vitaal te houden. De ervaringen in Scandinavië laten zien dat binnen een organisatie het positieve effect zelfs op twee niveaus werkt Medewerkers profiteren direct door hun deelname aan een cultuurprogramma en ook indirect, door de deelname van hun managers.
Invloed van cultuurbezoek op medewerkers
Eerst het directe effect. In het Zweedse Umeå werden ruim honderd ambtenaren in twee gelijkwaardige groepen ingedeeld. De ene groep kreeg acht weken lang een keuze uit een cultureel aanbod met muziek- en theateruitvoeringen, museumbezoek en koorzang, waar ze eens per week gebruik van konden maken.
De andere groep kwam na afloop van aan de beurt. Gedurende de testperiode werd de toestand van de deelnemers wekelijks bijgehouden. Van de eerste groep steeg de vitaliteit in de acht weken met 14 procent.
Een van de omvangrijkste studies naar het directe effect van culturele programma’s werd in 2012 gepubliceerd. Een representatieve steekproef van ruim 11.000 medewerkers werd gelicht uit de Swedish Longitudinal Occupational Study of Health. Medewerkers die binnen een cultureel programma van hun bedrijf theater, concert of museum bezochten, voelden zich gemiddeld minder uitgeput en stonden optimistischer in het leven dan andere medewerkers. Ook na correctie voor leeftijd, inkomen en geslacht bleef een duidelijk verschil zichtbaar. Gecorrigeerd werd ook voor verschillen in managementstijl van de chef, onder andere de mate van invloed en vertrouwen dat medewerkers kregen op de uitvoering van hun werk werd hierin geanalyseerd.
Betere managers
Die laatste correctie is relevant omdat managers die aan hetzelfde culturele programma meedoen als hun medewerkers daardoor vaak een andere managementstijl ontwikkelen. Zo hebben medewerkers ook indirect voordeel van het culturele programma. Dit kwam in 2013 aan het licht tijdens een onderzoek waaraan een kleine vijftig Zweedse managers deelnamen, werkzaam in zeer uiteenlopende branches, zowel in de publieke sector als in het bedrijfsleven.
Zij werden in twee gelijkwaardige groepen ingedeeld. De ene helft kreeg een cultureel programma, de andere een trainingsprogramma gericht op betere psychosociale vaardigheden. De programma’s duurden 18 maanden. De managers en hun medewerkers werden gevolgd. Het culturele programma leverde de beste resultaten: na 18 maanden waren de medewerkers van deze groep managers het meest vitaal, vermoedelijk doordat ze meer vertrouwen, invloed en aandacht kregen. De toegenomen vitaliteit bleek niet alleen uit vragenlijsten maar ook uit bloedmonsters van de medewerkers waarin een verhoogde concentratie werd gemeten van het regeneratieve hormoon DHEA (dehydroepiandrosteron). DHEA versterkt het geheugen en het immuunsysteem, beperkt overgewicht en verbetert de toestand van hart en bloedvaten. De DHEA-spiegel wordt de laatste paar jaar gezien als een goede maat voor iemands vitaliteit. Bij aanhoudende stress daalt het niveau. De gevoeligheid voor dit stress-effect neemt toe met de leeftijd.
Conclusie
Musea, theaters, schouwburgen en concertzalen hebben gemeenschappelijke culturele kenmerken. Ze bieden een neutrale omgeving, zijn een sociale activiteit, bieden plezier en fascinatie. Daardoor zijn ze meer dan een invulling van vrije tijd. Net als sport helpt cultuurbezoek angst, stress en zwaarmoedigheid verdrijven.
De onderliggende processen in de hersenen bieden meer inzicht in de voorwaarden om cultuur optimaal te benutten. Het sociale karakter van cultuur draagt zeker bij aan het gemeten effect. Evenals de neutrale omgeving, even los zijn van alle ‘haakjes’ waaraan de aandacht thuis en op het werk blijft hangen. Het belangrijkste en meest specifieke effect zit hem echter in het speelse karakter van cultuur en in de ‘meditatieve’ ervaring die cultuur kan opwekken.
Een culturele ervaring die fascineert biedt een vluchthaven voor onze rusteloze geest. De gerichte aandacht krijgt een boost. Zo verdwijnt de stress en ontstaat er ruimte om andere keuzes te
maken. Op die manier kan in theater, museum of concertzaal een gedragsverandering ontstaan die langer doorwerkt dan de dag zelf. Cultuur biedt meer dan aardigheid alleen. Theater, dans, muziek en beeldende kunst kunnen wezenlijk bijdragen aan de vitaliteit en flexibiliteit van mensen. Een bedrijfscultuur die uitnodigt om ontspanning te zoeken in cultuur investeert daarmee in vitaliteit, gezondheid en productiviteit.
Theater, dans, muziek en beeldende kunst kunnen wezenlijk bijdragen aan de vitaliteit en flexibiliteit van mensen
Hoe meer cultuur, hoe groter het effect, maar ook bij een betrekkelijk lage frequentie van een paar cultuurbezoeken per jaar is er al een verbetering van de vitaliteit te meten. Voorwaarde is wel dat de voorstellingen en musea fascineren. Er moet een persoonlijke klik zijn. Het is daarom belangrijk dat mensen uit het cultuuraanbod kunnen kiezen wat goed bij hen past.
Over de auteur
Bij het samenstellen van dit rapport heeft CultuurWerkt! de expertise van wetenschapsjournalist Mark Mieras ingehuurd.
Mark Mieras is als wetenschapsjournalist gespecialiseerd in hersenonderzoek. Met zijn werk probeert hij een brug te slaan tussen wetenschap en samenleving. Hij is ervan overtuigd dat het waardevol is als ook ‘gewone’ mensen beter begrijpen hoe het ‘daarboven’ werkt, zowel privé en voor hun werk.
Mark schrijft onder andere voor de Volkskrant, werkt regelmatig mee aan radio-en tv-programma’s en publiceerde de bestseller ‘Ben ik dat?’ Wat hersenonderzoek vertelt over onszelf. Mark is met zijn lezingen overuiteenlopende onderwerpen ook te zien in het theater. Kijk voor data op www.mieras.nl.
Creativiteit: onmisbaar in het bedrijfsleven
Creativiteit wordt steeds belangrijker in het bedrijfsleven. Een goed ontwikkeld creatief denkvermogen stimuleert vindingrijkheid, sociale vaardigheden, nieuwe invalshoeken en out-of-the-box-ideeën. Onmisbaar in het snel veranderende werkveld van de 21e eeuw. Kunst en cultuur kunnen creativiteit aanjagen, met daarbij ontspannen en gelukkige medewerkers als resultaat. Maar welke rol speelt kunst en cultuur in een toekomstbestendige organisatie? Interessanter nog: hoe krijgt het daadwerkelijk een plek op de werkvloer?
Het museum in, maakt medewerkers veerkrachtig!
De druk en stress loopt op voor veel medewerkers, niet alleen thuis, maar ook op de werkvloer. Volgens onderzoek van het Nationaal Centrum Preventie Stress en Burnouts in 2020, zijn er vier miljoen verborgen burn-outs in Nederland. Mensen die binnen een half jaar dreigen om te vallen wanneer de stress nog verder omhoog gaat. Wat kunnen organisaties hier aan doen? De CultuurWerkt! redactie geeft met een eerdere publicatie uitgevoerd door wetenschapsjournalist Mark Mieras een verrassend perspectief op deze vraag.
Benieuwd naar onze specials?
Log in of bekijk de mogelijkheden om lid te worden